Op Pinkstermaandag, verzamelden zich rond de 5000 mensen zich op de Dam in Amsterdam om uiting te geven aan hun verontwaardiging over de dood door Amerikaans politiegeweld van George Floyd en aan hun zorgen over het racisme en de discriminatie die ook in Nederland nog welig tiert. De antiracisme organisaties die het initiatief tot de demonstratie namen zijn overdonderd door de grote opkomst - zij hadden op een paar honderd deelnemers gerekend. Opvallend was bovendien, zoals wijzelf waargenomen hebben, dat de opkomst heel divers was: zowel divers qua kleur - zo zagen we ook iemand met een bord ‘Asian for solidarity with black lives’ - als qua leeftijd. ‘Black Lives Matter’ was op vele borden te lezen.
Sinds afgelopen maandag hebben er ook grote protesten plaatsgevonden in o.a. Den Haag, Rotterdam, Maastricht en Groningen. De waarde van zwarte levens is in de VS maar ook in ons land is namelijk niet zo vanzelfsprekend, zoals blijkt uit het feit dat ook hier zwarte levens meer gevaar lopen op politiegeweld en omdat zwarte levens ook op vele andere gebieden het slecht treffen: of het nu over onderwijsdeelname gaat, over werk en inkomen, over representatie in de politiek of het bestuur, over gezondheid - een zwart leven heeft gemiddeld met heel veel meer obstakels te kampen dan andere levens in ons land.
Achtergrond: geschiedenis van Nederlandse slavenhandel en slavernij
Een van de verklaringen daarvoor is dat de meeste westerse landen, zoals ook Nederland, een lange geschiedenis hebben van slavenhandel en slavernij, waarvan de effecten tot op de dag van vandaag nog te merken zijn in onze samenlevingen. Daarom is het goed om even stil te staan bij die geschiedenis, voordat we hieronder schrijven over de herdenking van die gruwelijke geschiedenis en de afschaffing van de slavernij op 1 juli.
De geschiedenis van de transatlantische slavenhandel en slavernij door de westerse landen begon rond 1500 en duurde in het geval van Nederland tot 1 juli 1863. In die vier eeuwen heeft ons land bijna een half miljoen mensen tot slaaf gemaakt en vooral naar de toenmalige Nederlandse koloniën Suriname en de Nederlandse Antillen versleept. Bijzonder voor Nederland is bovendien dat ons land vanaf begin 17e eeuw op meerdere continenten actief was in de slavenhandel en slavernij: in de transatlantische slavenhandel middels de West-Indische Compagnie (WIC), in de Indisch-oceanische slavenhandel middels de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) die ook in Zuid-Afrika actief was.
Langdurig en omstreden proces van afschaffing
Slavenhandel en slavernij speelden een belangrijke rol in de Nederlandse economie van die tijd. Volgens berekeningen van Brandon & Bosma (2019) vormden die zo’n 5,2 % van het BBP van 1770, vergelijkbaar met de 6,2 % van de bijdrage van de bedrijvigheid in en rond de Rotterdamse haven aan onze huidige economie. Voor Nederland reden om pas als een der laatste landen met deze lucratieve activiteiten te stoppen.
Het initiatief voor afschaffing in de Europese koloniën kwam uit Groot-Brittannië. In 1814 ondertekende Nederland eerst een internationaal verdrag voor stopzetting van de handel in slaafgemaakten. Vervolgens onderzoekt vanaf 1853 een staatscommissie of, en hoe, de slavernij ook moet worden afgeschaft. Vijf verschillende wetsvoorstellen worden van tafel geveegd. De voornaamste reden: er is niet genoeg geld om de slavenhouders te compenseren voor het afnemen van ‘hun eigendom’.
Pas wanneer de staatskas op orde is gebracht met inkomsten vanuit de Nederlandse koloniën in Oost-Indië kan de afschaffing gefinancierd worden: met de exploitatie van de ene kolonie wordt door ons land de afschaffing van de mensen-exploitatie in een andere kolonie betaald. Uiteindelijk zal Nederland pas in 1863 de tienduizenden slaafgemaakten in Nederlands West-Indië van hun ketenen verlossen, nadat landen als Denemarken (1803), Groot-Brittannië (1834) en Frankrijk (1848) ons waren voorgegaan.
Afgeschaft maar niet vrij
Het effect van deze afschaffing bleef echter helaas beperkt. De voormalige slaafgemaakten waren namelijk door de overheid verplicht om na hun vrijmaking nog minstens tien jaar op contractbasis en ‘onder staatstoezicht’ op de plantages te blijven werken. Voor zieken en bejaarden was in die periode vaak zelfs nog minder zorg dan voorheen. Méér dan met de slaafgemaakten was men in Nederland begaan met de slaveneigenaars. Die kregen als vergoeding voor elke slaafgemaakte die zij vrij moesten laten 300 gulden uit de staatskas. Daarom verwierven vele plantagehouders juist voor 1 juli 1863 nog extra slaafgemaakten, om die vergoeding te ontvangen en daarna nog 10 jaar over goedkope arbeiders te kunnen beschikken.
Geschiedenis met een voortdurende erfenis Deze eeuwenlange geschiedenis van slavenhandel en slavernij is vervlochten met vele racistische vooroordelen en houdingen jegens zwarte mensen. Door dat racisme vonden mensen het destijds gewoon om zwarte mensen te doden en te martelen, hen van huis en haard weg te rukken, hun families op te breken, hen levenslang dwangarbeid te laten doen, enzovoorts. Met de afschaffing van de slavernij in 1863 zijn deze eeuwenoude vooroordelen en houdingen natuurlijk niet plotsklaps uit onze cultuur, uit onze verhalen en opvattingen, en uit onze samenleving gewist. Vandaar dat het nog steeds belangrijk is om stil te staan bij de erfenis van deze gruwelijke geschiedenis, die wij als Nederlanders - zwart en wit en alles wat daartussen zit - nu eenmaal met elkaar delen. Door bij de geschiedenis en de veelal onbewuste doorwerkingen daarvan op onze huidige samenleving stil te staan, kunnen we samen die racistische vooroordelen en houdingen bestrijden.
Keti Koti Tafel en herdenken in tijden van corona
Sinds zes jaar organiseert de stichting Keti Koti Tafel rond 1 juli bijeenkomsten in verschillende plaatsen in het land voor gemiddeld honderd zwarte en witte deelnemers. Deze gaan tijdens een geleide dialoog in op hun persoonlijke ervaringen en emoties rondom een thema dat past bij 1 juli: bijvoorbeeld een dialoog over de eigen ervaringen met racisme en discriminatie, met de positie van zwart en wit, met identiteit en vooroordelen, enzovoorts. Gezien de beperkingen die de corona-crisis ons oplegt gaan wij de Keti Koti Tafel naar de huiskamer brengen. Want ook in de huiselijke kring heeft het zin om stil te staan bij deze geschiedenis en de nawerkingen ervan. Op die manier bestrijden we met elkaar de vooroordelen en houdingen die wij allen in enige mate met elkaar delen en die in ongecontroleerde vorm kunnen leiden tot de dood van mensen als George Floyd in de VS of van Tomy Holten die op 14 maart jl. in een Zwolse politiecel overleed aan de gevolgen van zijn arrestatie.
Meer weten
Voor meer achtergrond informatie en artikelen over de slavernij in de voormalig Nederlandse koloniën, kun je o.a. terecht op;
Comments